


De singels van Nijmegen (Oranjesingel, Nassausingel) waren onderdeel van de vestingstad Nijmegen dat rond 1840 graag wilde uitbreiden. Daarvoor moest de Nederlandse staat toestemming verlenen. Arnhem mocht in 1829 haar vestingmuren ontmantelen en had sinds 1845 een spoorwegverbinding met Amsterdam. Nijmegen kreeg tot 1872 nog geen toestemming tot het verwijderen van de benauwende fortificaties. De foto lnks toont de Molenpoort, de Oranjesingel op de voorgrond en links het centrum van het latere Keizer Karelplein. Rechts een foto van de Molenpoort van binnen de wallen.


Een groep Nijmeegse burgers begon een lobby in 1860 en richtte in 1863 de Nijmeegsche Spoorwegmaatschappij (NSM) op. Ook in 1860 kreeg de stad opnieuw geen toestemming tot een spoorweg-verbinding. Er was ook nog geen brug over de Waal. Echter de koning van Pruisen gaf wel toestemming de lijn Krefeld – Kleef door te trekken naar Nijmegen en die werd op 9 augustus 1865 geopend. In 1884 werd een monument hiervoor opgericht nog altijd op het Valkhofplein zichtbaar. Meer over de NSM valt er te lezen via deze link.


De spoorweg eindigde in een houten station (links op de foto) buiten de muren van Nijmegen. Op deze plek werd later de Vereniging gebouwd.
De spoorweg liep over de nog niet bestaande Witsenburgselaan, Willem Schiffstraat en de van Haapstraat tot aan de Dalmarasweg waar nu de lijn afbuigt naar Station Heyendaal en het nieuwe station.


Er zijn nog geen foto’s gevonden van de spoorlijn door onze toen nog niet aangelegde wijk.
Links een foto van de Stoomtram naar Beek met net als in onze wijk een telegraaflijn erlangs. Zo ongeveer zou het in onze wijk uitgezien kunnen hebben, maar dan zonder de zichtbare bebouwing op de foto.
Rechts een foto van de tramspoorwegen naar Beek en Ubbergen.


De Nijmeegse Spoorweg vermeldde op haar dienstregeling van 9 augustus 1865 vier treinen per dag richting Kleef met aansluitingen naar Krefeld, Keulen en Frankfort.
Goed om op te merken dat de locomotieven nog erg primitief waren zoals ook op het schilderij verder hieronder nog eens valt te zien.


In mei 1873 nam de Tweede Kamer het wetsontwerp aan dat voor rekening van staat de spoorweg Arnhem – Nijmegen zou worden aangelegd. Die werd in 1879 geopend en in 1881 doorgetrokken naar Den Bosch. En in 1893 de lijn naar Venlo. In 1881 werd aan de Oostzijde van het Keizer Karelplein de Buitensociëteit De Vereniging gebouwd op de plek van het eerste station van Nijmegen. Het oude stationsgebouw werd op 17 maart 1880 verkocht. In de PGNC van 7 maart 1880 stond in de aankondiging van de openbare verkoop.


Pas in 1874 besluit de Tweede Kamer dat de stadsmuren afgebroken mogen worden. Tussen 1876 en 1882 worden de muren en op twee na alle stadspoorten afgebroken. Restanten van de stadsmuren zijn er alleen nog bij het Kronenburgerpark en het Hunerpark. De spoorbrug over de Waal verbond de oudste stad van Nederland in 1879 met de rest van Nederland. Op dit schilderij uit het Valkhof museum zie je een van oorspronkelijke treinen over de spoorwegbrug komen. Op de voorgrond is de Kronenburgersingel te zien en de toren die nu nog steeds te zien is met een stukje van de oude vestingwal.


Het station wordt verplaatst naar de plek waar het huidige station nu staat. De route van deze spoorlijn werd dus ook veranderd. Dit station werd in de Tweede Wereldoorlog gebombardeerd en werd niet herbouwd.
Rechts zie je de opvolger van de Arend, Nederlands eerste stoomlocomotief, die hier in 1868 in Nijmegen ook gebruikt werd.
De spoorlijn naar Kleve bleef operationeel tot in de zeventiger jaren:



Rechts een van de locomotieven (1942) die dagelijkse naar Kleve reden tot in de Tweede Wereldoorlog.